Table of Contents
1 Overzicht (wat en wanneer)
Ruth werkt aan een Bugsy Bunny-babyquilt met 12 blokken: drie breed en vier hoog. Ze kiest één hoofdkleur voor de bovenkant (roze) en een contrasterende kleur voor de achterkant (paars) zodat de randsteken op de achterkant mooi tonen. De ontwerpen komen uit de Bugsy Bunny-serie (SDS 1136 en andere nummers), met extra blokken uit eerdere weekreleases. De creatieveling heeft de tekst in het middenblok met eigen software herschikt: de woorden staan waar zij ze wil, en er is een vlindertje toegevoegd.
Let erop dat de maker later een nummer verduidelijkt: zij werkte aan twee quilts tegelijk en meldde dat in deze video het nummer SDS1264 gebruikt is (zie ‘Uit de reacties’). Dat verandert niets aan de werkwijze in dit artikel, maar verklaart mogelijk verschillen tussen print-outs en naamgeving.
Waarom deze methode? Omdat je zo hoepelafdrukken voorkomt, de achterkant verzorgd oogt en je vlot blokken kunt produceren. Vooral de laatste stikgang is geniaal: je legt de backing onder de hoepel en laat het randmotief de lagen aan elkaar stikken.

Soms vraagt een lezer zich af of je beter met hulpmiddelen werkt om het inspannen te vergemakkelijken; als je machine en workflow er baat bij hebben, kan een magnetisch borduurraam voor borduurmachine prettig werken, al wordt dat in de video niet toegepast.
1.1 Wat je wél en niet in deze methode doet
- Wel: alleen de stabilizer in de hoepel; topstof ‘floaten’ (los bovenop leggen) en pas op het eind de backing toevoegen.
- Wel: kleurenvolgorde aanpassen zodat de randsteken als laatste komen.
- Niet: top- of backingstof meehoepen; zo voorkom je druksporen en trek je de stof minder uit model.
1.2 Wanneer deze aanpak ideaal is
- Als je blokken wilt met een nette, bijpassende achterkant.
- Als je stof gevoelig is voor hoepelafdruk of licht rekt.
- Als je randsteken tegelijk de lagen wilt laten hechten.
1.3 Snelcheck
- Heb je 12 blokken voorbereid (roze top, paarse backing, stabilizer)?
- Is je randkleur (boven- én spoeldraad) gekozen zodat die op de achterkant mooi uitkomt?
2 Voorbereiding
Ruth werkt met drie stofcategorieën: roze top, paarse backing en een (optioneel) dessin voor de uiteindelijke buitenrand (Bow & Arrow – Designer Collection). Voor het borduren gebruikt ze Vilene H640 (ook iron-on Pellon genoemd), maar ze strijkt het níet op: het wordt los ingespannen met de lijmzijde naar boven.

Snijmaten die in de video expliciet genoemd worden:
- Top: 300 × 300 mm (ca. 12 inch)
- Backing: 320 × 320 mm (ca. 13 inch)
- Stabilizer: 320 × 320 mm (ca. 13 inch)
- Hoepel: 200 × 200 mm

Kleurenkaart en garen: De maker volgt in grote lijnen de voorgestelde kleuren (wit, rose smoke, illusion blue, petal pink, orchid pink, groen, donker bordeaux), maar wijzigt sommige tinten om ze bij haar garens te laten passen. De witte ‘eerste’ kleur wordt verzet naar het einde om als randmotief te dienen; kies je eigen volgorde indien je software dat toelaat of sla die eerste kleur over en kom er aan het einde op terug.

Wie op zoek is naar extra grip bij het inspannen, kan in het algemeen baat hebben bij magnetische borduurringen; de video demonstreert echter de klassieke hoepel en de ‘floating’-methode.
Let op het geselecteerde buitenrandstofje (Bow & Arrow – Designer Collection); dat is alleen voor de quilt-buitenzijde en niet voor de borduurblokken zelf.

Checklist voorbereiding
- 12 sets gesneden: top 300×300, backing 320×320, stabilizer 320×320.
- Ontwerpen geladen en, indien gewenst, tekst/volgorde in de software aangepast.
- Garenvolgorde voorbereid; spoel voorbereid in de kleur die past bij de backing.
3 Setup
Hoop alleen de stabilizer (Vilene H640) strak in de 200×200-hoepel, met de lijmzijde naar boven. Leg de topstof later los erboven (‘floaten’). Dit voorkomt hoepelafdrukken en maakt het eenvoudiger om licht rekbare stof netjes te houden.
De machinekeuze is in de video zichtbaar (Janome Memory Craft 500E), maar specifieke instellingen worden niet genoemd. Wat je wél ziet: de eerste kleur is wit en staat klaar; later wordt de spoel op een donkere, bij de backing passende kleur gezet, zodat de achterzijde harmonieus oogt.

Het kan zijn dat je liever met andere hulpmiddelen werkt om de layers vlak te houden; zolang je het principe (alleen stabilizer hoopen) aanhoudt, verandert er weinig. Zo kun je — los van de video — soortgelijke resultaten nastreven met magnetische borduurrammen voor borduurmachine, mits compatibel met jouw machine.
Checklist setup
- Stabilizer strak gehoekd; lijmzijde boven.
- Ontwerp gekozen op de machine; eerste kleur geplaatst.
- Spoel(-)kleur gepland voor de laatste randstikgang (matching met backing).
4 Stappen in de praktijk
Hieronder de workflow zoals die in de video wordt getoond, inclusief de correcties bij plooivorming.
4.1 Hoepel stabilizer en ‘float’ de top
- Span de stabilizer in (lijmzijde boven) en markeer zo nodig het midden.
- Plaats de hoepel op de machine, leg de topstof los gecentreerd op de hoepel en begin met de eerste kleur te stikken.

Als je met een Janome werkt en uitzoekt welke accessoires goed passen, houd dan rekening met compatibiliteit van borduurringen voor janome borduurmachine; de video gebruikt een standaardhoepel.
Verwacht resultaat: het ontwerp begint te stikken; de top ligt vlak en verschuift niet.
4.2 Plooien? Eerst stoppen, dan zekeren
De maker merkt plooien (puckers) op omdat de roze stof rek bevat en niet vooraf is gefixeerd. Ze stopt, strijkt de plooitjes plat en zet de randen van de topstof tijdelijk vast met spelden op de stabilizer.

Let op In de video wordt expliciet gewaarschuwd: spelden zijn niet aanbevolen en kunnen gevaarlijk zijn (risico op naaldbreuk of prikken). Een tijdelijke lijmspray (bijv. 505) is voor volgende blokken veiliger en effectiever.
Een neutrale manier om extra stabiliteit te krijgen, zonder af te wijken van het getoonde principe, is tijdelijke hechting van de topstof op de stabilizer. Ook buiten de video om zou je — voor zover je machine dat ondersteunt — met magnetische borduurring of een magnetisch borduurraam voor borduurmachine de druk gelijkmatiger kunnen verdelen.
Verwacht resultaat: na het zekeren vermindert of verdwijnt de plooivorming, en kun je verder stikken.
4.3 Backing toevoegen voor de laatste stikgang
- Stop vóór de laatste kleur (de randsteken) en haal de hoepel van de machine.
- Verwissel de spoel naar de kleur die bij de paarse backing past (in de video: donker bordeaux).
- Center de paarse backing onder de hoepel (verkeerde kant naar boven tegen de stabilizer), vouw overtollige randen weg en zet ze veilig vast buiten het loopgebied van de machine.



Snelcheck
- Spoeldraad matcht de backing.
- Niets van de backing kan in de klem/het hoepelmechanisme komen.
4.4 Laat de randsteken alles samenhechten
- Plaats de hoepel terug en start de laatste stikgang (randmotief).
- De rand hecht top, stabilizer en backing in één keer.

Verwacht resultaat: een nette voorzijde met het ontwerp en een ‘cleane’ achterzijde waar de randsteken esthetisch aansluiten bij de backingkleur.

Pro-tip Meerdere blokken op rij? Bereid steeds de spoel en backingkleur vooraf per blok. Zo minimaliseer je stop-momenten, en blijven de achterkanten consequent netjes.
Wie meerdere Janome-modellen in de werkplaats heeft, ziet soms voordeel in accessoires die specifiek op die lijn passen; informeer in dat geval naar de compatibiliteit van magnetische borduurringen voor janome borduurmachines als je alternatieve inspantechnieken overweegt.
4.5 Herhaal voor het volgende blok
Ruth laat ook een ‘plain stitching’-blok zien waarbij hetzelfde principe wordt gevolgd: stabilizer hoopen, top floaten, backing voorbereiden en onder de hoepel brengen vóór de laatste randstikgang. Het resultaat is wederom een nette voorkant én achterkant.

Checklist uitvoering
- Topstof ligt vlak (eventueel tijdelijk gefixeerd met lijmspray, niet met spelden).
- Spoel is gewisseld vóór de laatste randstikgang.
- Backing is gecentreerd en randen zijn buiten het stikpad gevouwen/gefixeerd.
5 Kwaliteitscontrole
Zo beoordeel je elk blok tussentijds en aan het eind:
- Topvlak: geen plooien of rimpels binnen het gestikte ontwerp; de stof is niet ‘opgeblazen’ of uitgerekt.
- Draadspanning: steken zijn gelijkmatig; er is geen overmatige trek op de stofranden.
- Achterkant: de randsteken lopen egaal en de kleur mixt netjes met de backing; er zijn geen losgeraakte begin/uiteindes in zicht.
- Positionering: het ontwerp staat gecentreerd; alle zijden hebben speling voor het later samenvoegen.
Snelcheck
- Strijk met de hand over de top: voelt het vlak en stabiel?
- Kijk onder een hoek: glanst of trekt de stof op plooilijnen? Zo ja, oorzaak wegnemen vóór je verdergaat.
6 Resultaat & vervolg
Een afgewerkt blok heeft: een egale voorkant met je Bugsy-ontwerp, een strakke randstikking die top, stabilizer en backing samenhecht, en een verzorgde achterkant met bijpassende spoeldraad. Ruth toont twee voltooide blokken; één met figuratief borduurwerk en één ‘plain stitching’-blok.
Vervolgstap De video kondigt aan hoe de blokken later worden samengevoegd (3×4-lay-out), maar behandelt het eigenlijke samenvoegen nog niet. Bewaar elk blok vlak, stofvrij en in volgorde; noteer eventueel welk ontwerp waar komt in je matrix. Als je later gaat samenstellen, zorg dan dat alle blokken exact gelijk zijn afgekant en dat je rechte naden/afstanden aanhoudt.
Wie veel blokken in serie maakt, kan logistiek winnen met een geordende ‘ketting’ van voorbereiding en borduren; als jouw workflow daarom vraagt, kun je — los van de video — instrumenten als een inspanstation voor borduurmachine overwegen om je herhaalhandelingen consistenter te maken.
7 Probleemoplossing
Hier bundelen we de observaties uit de video en de belangrijkste vragen uit de reacties.
7.1 Plooien (puckers) in de top
Symptoom: rimpels in de top tijdens het stikken, vooral bij rekbare stof. Mogelijke oorzaken:
- Topstof met rek is ongelijmd gefloat en kan migreren.
- Onvoldoende vlak/centraal gelegd; kleine verschuiving groeit uit tot plooi.
Oplossingen:
- Stop meteen als je plooien ziet; maak vlak, fixeer tijdelijk met lijmspray en hervat.
- Vermijd spelden in de buurt van de naaldbaan; de maker geeft een duidelijke veiligheidswaarschuwing. Kies tijdelijk klevende spray in plaats daarvan.
- Controleer of de stabilizer écht strak gehoekd is.
Snelcheck
- Na 30–60 seconden stikken: pauzeer en inspecteer de top diagonaal op kleine rimpels; corrigeer vroeg.
Los van wat in de video wordt getoond, werken sommige borduurders met magnetische borduurringen om druk gelijkmatiger te verdelen; het principe van alleen de stabilizer inspannen blijft dan leidend.
7.2 Backing niet gecentreerd of vastgelopen
Symptoom: de randsteken pakken de backing ongelijk of klemmen stof in de machineklem. Oorzaken:
- Backing niet exact gecentreerd onder de hoepel gebracht.
- Overtollige stof niet weggevouwen; stof pakt in de houder.
Oplossingen:
- Leg de backing pas neer wanneer de hoepel van de machine is; centreer, vouw randen weg en fixeer buiten het stikpad.
- Controleer vóór terugplaatsen of niets in de klem/clip valt.
Let op Werk langzaam bij het terugplaatsen van de hoepel. Een seconde extra controle voorkomt veel herstelwerk.
7.3 Achterkant oogt ‘druk’ of rommelig
Symptoom: de achterkant toont contrasterende steken die afleiden. Oorzaak: spoeldraad matcht de backing niet. Oplossing: wissel vóór de laatste randstikgang de spoel naar een bijpassende kleur.
7.4 Thread break op de achterkant
Observatie uit de video: er was een kleine draadbreuk op de rugzijde van het eerste blok; maker overwoog opnieuw te stikken. Bij twijfel: kies voor opnieuw doen — de achterkant is in deze methode echt zichtbaar deel van het eindresultaat.
7.5 Formaat en ‘multi-hooping’
In de reacties vroeg iemand naar maten in inches; die zijn ongeveer 12×12 inch (top) en 13×13 inch (backing/stabilizer). Over meervoudig inspannen bij machineborduren wordt in de video niets gezegd; de getoonde blokken passen in een 200×200-hoepel en worden in één opspanning gestikt.
7.6 Stabilizer wel/niet gebruiken
Vraag uit de reacties: “Gebruik je stabilizer?” Antwoord: ja. Vilene H640 (iron-on Pellon) wordt gebruikt, met lijmzijde naar boven, maar niet opgestreken vóór het borduren.
7.7 Rekbare stoffen (bijv. scuba?)
Er is een vraag of scuba de plooien erger maakt; de video gaat hier niet op in. Algemeen geldt: hoe rekbaarder de stof, hoe groter het risico op migratie tijdens ‘floating’. Tijdelijke lijm en een strakke stabilizer helpen. Als jouw machine en workflow het toelaten, kan een compatibel systeem — zoals magnetische borduurringen voor janome borduurmachines of een andere passend systeem voor jouw merk — bijdragen aan gelijkmatige druk, maar dit is niet in de video gedemonstreerd.
Uit de reacties
- De maker corrigeerde later het bloknummer: het was SDS1264 in deze video, verwarring door twee lopende quiltprojecten.
- Meerdere lezers gaven aan veel aan de uitleg te hebben; sommigen wachten op deel 2 voor het samenvoegen van de blokken.
Slotgedachte Het geheim van Ruth’s methode is eenvoud met oog voor afwerking: alleen stabilizer hoopen, top floaten, backing pas onderin bij de laatste stikgang en spoeldraad matchen voor een schone achterkant. Werk blok voor blok, controleer tussendoor en stuur bij. Overweeg bij jouw eigen machinepark of hulpmiddelen zoals magnetische borduurringen voor janome borduurmachines of een geschikt inspanstation voor borduurmachine jouw proces ondersteunen — mits compatibel en veilig in gebruik — maar onthoud: de getoonde resultaten vragen vooral om nauwkeurige voorbereiding en een strakke, stabiele basis.
