Table of Contents
1 Overzicht (wat en wanneer)
Polyneon is een populaire polyester borduurdraadlijn van Madeira. In deze workflow kies je eerst je ankerkleuren (zwart en wit), vul je aan met primaire kleuren voor maximaal contrast, en rond je af met pastels, huidtinten en enkele specials (goud en zilver). Het uitgangspunt is praktisch: de kleuren hieronder zijn letterlijk die welke in de demonstratie het vaakst gebruikt worden.
- Merklijn en type: Madeira Polyneon (in de video wordt met nummers verwezen, o.a. 1801, 1800, 1838, 1765, 1980, 1988, 1934, 1922, 1549, 1921, 1990, 1853, 1685, 1594, 1674, 1670, 1572, 1610, 1711, 1649, 1654, 1884).
- Leverancier: United Thread (genoemd vanwege snelle verzending in Florida; dit is puur context uit de bron).
- Belangrijkste hulpmiddel: de fysieke kleurkaart van Madeira Polyneon.





Let op Schermweergave van kleuren wijkt af van de werkelijkheid. Zonder fysieke kleurkaart kun je een toon of twee naast je doel zitten, zeker bij subtiele pastels en metallic-achtige grijstinten.
Pro-tip Wanneer je project veel varianten moet kunnen matchen (bijvoorbeeld teamshirts of merchandise in series), plan dan een vaste basisreeks en test nieuwe kleuren eerst op reststof met de kleurkaart in de hand.
2 Voorbereiding: materialen en tools
2.1 Materialen verzamelen
- Madeira Polyneon spoelen volgens de codes hieronder. Start minimaal met zwart (1800) en wit (1801), aangevuld met primair rood (1838), oranje (1765), geel (1980), groen (1988), blauw (1934) en paars (1922).
- Fysieke Madeira kleurkaart met echte draden (onmisbaar voor accuraat matchen).
2.2 Werkomgeving
- Een goed verlichte tafel en voldoende ruimte om spoelen en kaart naast de stof te leggen.
- Een nette, stofvrije opslag om je spoelen te beschermen; laat de plastic wikkel indien mogelijk zitten tot gebruik.
2.3 Referentie en notities
- Projectnotities met gebruikte kleurcodes; label teststukken en bewaar ze bij het orderdossier voor toekomstige herhaalopdrachten.
Snelcheck Kun je elke genoemde kleur binnen 15 seconden vinden en terugleggen? Zo niet, herorganiseer je opslag op kleurfamilie.
Checklist voorbereiding
- Fysieke kleurkaart binnen handbereik.
- Basisset spoelen klaar (minimaal 8 kleuren + zwart/wit).
- Notitiekaartje of digitaal bestand voor kleurcodes per project.
3 Setup: werkplek en kleurreferentie
3.1 Werkplek indelen
Leg de kleurkaart links, je stof en proeflapjes rechts, en de spoelen in het midden. Zo vergelijk je in één handbeweging de kaart met de echte spoel en de stof.
3.2 Kleurkaart gebruiken
Houd de staaltjes uit de kaart direct op je stof; schuif tot je de dichtstbijzijnde match ziet. Onthoud dat lichtere tinten optisch sterker op donkere stoffen lijken en omgekeerd; daarom werkt de kaart beter dan een schermbeeld.
Let op De video benadrukt de kaart als ‘eerste aankoop’. Dat advies volgt uit het feit dat camerasensoren en licht kleur vertekenen; vertrouw dus niet op screenshots.
Checklist setup
- Kleurkaart geopend en volgens families zichtbaar (roden, gelen, blauwen, groenen, neutraal, specials).
- Spoelen ontdaan van storende wikkels alleen als je ze direct gebruikt.
- Proeflapjes aanwezig voor snelle steekvoorbeelden.
4 Stappen in de praktijk: je starterpalet samenstellen
4.1 Neutraal anker: zwart (1800) en wit (1801)
Zwart (1800) en wit (1801) zijn de werkpaarden van je palet. Ze omlijnen, vullen, en geven contrast aan bijna elk ontwerp. Wit 1801 is de favoriete witte uit de reeks; zwart 1800 is de ‘gegrepen uit de catalogus’ basis.

4.2 Primair rood, oranje, geel, groen, blauw, paars
- Rood 1838: een klassieke primaire roodtint die helder en verzadigd blijft in contouren en vulvlakken.

- Oranje 1765: levendig en ideaal voor energie in designs zoals sport of logo-accenten.

- Geel 1980: een primaire, zonnige geel die niet te groen of te warm uitslaat.
- Kellygroen 1988: echte ‘true green’ die zich leent voor feestelijke of natuurlijke thema’s.

- Blauw 1934: primaire blauw met een glans die op veel stoffen fris blijft.
- Paars 1922: favoriete paarse tint; alternatieven kunnen ‘werken’, maar deze heeft de voorkeur.
Snelcheck Heb je minimaal één tint uit elke primaire familie (R, O, Y, G, B, P) plus zwart en wit? Dan kun je de meeste kinder- en merkmotieven al dekken.
4.3 Roze familie: van baby tot hot pink
- Babyroze 1549: de lichtste roze; perfect voor zachte accenten.

- Bubblegum 1921: middenroze, ‘speels’ zonder schreeuwerig te worden.
- Hot pink 1990: fel en opvallend; ideaal als accent of voor statementteksten.

4.4 Huidtint en koele pastels
- Perzik 1853 (skin tone): natuurlijke huidtint in veel ontwerpen.
- Licht aqua 1594: fris blauwgroen dat rustig oogt op lichte stoffen.
- Babyblauw 1674: pastelblauw, goed voor zachte contrasten.
- Donkerturquoise 1685: rijk en juweelachtig, met een zichtbaar groen-blauw karakter.

4.5 Metallic-achtige neutrale accenten (goud en zilvers)
- Goud 1670: de aangewezen goudtint in de demonstratie.
- Middelzilver 1572: grijzige zilveroptie voor subtiel glansgevoel.
- Licht zilver/grijs 1610: lichtere ‘silver’ interpretatie met heldere reflectie.
Let op In de video worden deze als ‘zilver’ en ‘goud’ benoemd, maar het blijven Madeira Polyneon-kleurcodes; het zijn dus geen echte metallic draden met speciale samenstelling.
4.6 Unieke accenten en extra’s
- Lichtpaars 1711: lila-achtig, voor zachte overgangen tussen roze en paars.
- ‘Funky green’ 1649: een licht, frisgroen accent dat opvalt zonder te fel te worden.

- Bruin 1654 en licht beige 1884: genoemd als veelgebruikt, maar niet afzonderlijk getoond in detail.
Checklist stappen
- Noteer per gekozen kleur de volledige code (vier cijfers) in je projectnotities.
- Vergelijk spoel én kaart op de beoogde stof.
- Leg een mini-legendekaartje bij je design met gebruikte codes.
Pro-tip Wanneer je een serie ontwerpen plant met herhaalopdrachten, maak dan een fysieke ‘slinger’ van proeflapjes met steekblokken per kleur; zo kun je direct zien hoe 1838, 1765, 1980 of 1934 zich gedragen op jouw standaardstoffen.
5 Kwaliteitscontrole: kleur en consistentie
5.1 Echt versus scherm
De video benadrukt letterlijk dat de kaart ‘real time true color’ geeft. Controleer dus kleurkeuze altijd buiten het scherm om.

5.2 Verwachte uitkomst per familie
- Primairen moeten helder blijven zonder grauwsluier.
- Pastels mogen niet verdwijnen in de stof; wanneer ze te licht oogt, kies één stap donkerder op de kaart.
- ‘Zilvers’ (1572/1610) moeten voldoende contrast houden ten opzichte van wit 1801.
5.3 Consistentie in voorraad
Omdat in de bron twee machines en enkele back-upspoelen voorkomen, is consistent voorraadbeheer belangrijk: label spoelen, en vervang of vul aan voordat je ‘op’ bent.
Snelcheck Kun je in minder dan 10 seconden het verschil zien tussen 1572 en 1610 op je stof? Zo niet, leg een kleine stekenrij van beide naast elkaar en kies de duidelijkste.
6 Resultaat & vervolg
Wat je na deze aanpak hebt, is een compacte, bewezen kleurenlijn die je direct in praktijk kunt brengen:
- Neutraal: 1800, 1801
- Primair: 1838, 1765, 1980, 1988, 1934, 1922
- Roze: 1549, 1921, 1990
- Pastels/koel: 1594, 1674, 1685
- Metallic-achtig: 1670, 1572, 1610
- Accenten/overig: 1711, 1649, 1654, 1884
Je kunt hiermee ontwerpen zoals kinderapplicaties, typografische logo’s en seizoensmotieven consistent uitvoeren. Bewaar per opdracht je kleurselectie, zodat je bij een vervolgorder exact kunt reproduceren.
Let op Twee kleuren (1654 bruin, 1884 licht beige) zijn genoemd maar niet afzonderlijk in beeld gebracht. Raadpleeg bij twijfel de kleurkaart voor de definitieve match op jouw stof.
7 Probleemoplossing
Symptoom → Mogelijke oorzaak → Oplossing
- Kleur wijkt af van verwachting → Alleen op scherm gekozen → Altijd met fysieke kaart op de stof matchen; controleer daglicht vs. kunstlicht.
- Nummer onleesbaar achter plastic → Wikkel niet verwijderd → Verwijder plastic pas bij gebruik en noteer het nummer vooraf in je voorraadlijst.
- Te weinig contrast op lichte stof → Pastel te licht → Kies één stap donkerder (bijv. van 1674 naar een iets donkerdere blauw op de kaart).
- ‘Zilver’ vervaagt naast wit → Te licht gekozen (1610) → Test 1572 naast 1610; kies de versie die op jouw stof duidelijker afsteekt.
Pro-tip Leg je standaardstof (bijv. katoen voor babykleding) altijd naast je kaart. Wat op polyester helder oogt, kan op katoen matter lijken.
8 Uit de reacties
- Over metallics: er was interesse in ‘metallic threads’. In de video worden goud 1670 en twee ‘silver’-opties (1572 medium en 1610 licht) genoemd als gangbare speciale tinten voor extra flair.
- Over groen 1988: er werd opgemerkt dat dit mooi werkt voor kerstontwerpen—deze ‘true green’ is inderdaad breed inzetbaar voor feestthema’s.
- Over leverancier: er werd benadrukt dat United Thread gunstig geprijsd en snel is (context: locatie Florida in de bron), wat handig kan zijn voor snelle replenishment.
Rood 1838 blijft in praktijk een uitstekende ‘primair rood’-keuze voor contouren én vlakvullingen wanneer helderheid prioriteit heeft.
Oranje 1765 voegt energie toe zonder te veel naar rood af te buigen, wat het geschikt maakt voor sportaccenten.
Kellygroen 1988 leent zich voor seizoenswerk, vooral wanneer je een frisse, niet-te-donkere groentoon zoekt.
Babyroze 1549 is favoriet voor zachte details waar je toch kleur wil tonen.
Hot pink 1990 kies je wanneer contrast en aandacht gewenst zijn in typografie of kleine iconen.
Donkerturquoise 1685 geeft diepte in maritieme, tropische of juweelachtige thema’s.
‘Funky green’ 1649 valt net genoeg op zonder het beeld te domineren.
—
Tot slot: organisatorische workflow Een efficiënt opgebouwde werkplek maakt kleurkeuzes sneller en foutloos. In een productie-omgeving merk je het verschil pas echt als je ook aan omliggende tools denkt. Zo kan een gestroomlijnd inspanproces helpen om je kleurtests kort en herhaalbaar te houden, bijvoorbeeld wanneer je werkt met magnetische borduurringen die snel klemmen zonder de stof te vervormen.
Wie vaak shirts of sweaters borduurt op een 6-naalds platform, herkent dat consistente positionering kleurproeven versnelt, zeker wanneer je op systemen zoals brother pr 680w regelmatig wisselt tussen ontwerpvarianten.
Wanneer je dezelfde motieven repeteert en telkens exact op dezelfde plek wilt vergelijken (bijvoorbeeld twee blauwtinten als 1934 versus een lichtere variant), kan een hoop master inspanstation voor borduurringen helpen om elke proef op identieke positie te plaatsen.
Werk je vooral met dunnere of rekbare stoffen en wil je toch snel proefsteken zetten? Dan kan een dime snap hoop borduurring handig zijn omdat je sneller wisselt tussen lapjes zonder telkens te herinspanen.
Bij dikkere of meerlaagse materialen, waar je ook kleurvergelijkingen op ‘echte’ ondergrond wilt zien, is een magentisch borduurraam voor borduurmachine (magnetische klem) vaak praktischer dan klassiek schroefwerk.
Om je kleurstalen naast het echte werk te testen—denk aan witte contouren 1801 versus licht zilver 1610 op dezelfde hoodie—kan een compacte maat zoals mighty hoop 5.5 de handzaamheid verhogen: je wisselt snel en de vergelijking blijft consistent.
En wie liever één universele klem heeft voor uiteenlopende kledingstukken, ontdekt vaak dat een mighty hoop met vaste positionering de variabelen beperkt, zodat je keuzes tussen bijvoorbeeld 1711 lila en 1921 roze objectiever blijven.
