Table of Contents
- Overzicht: wat je gaat maken en wanneer je cutwork inzet
- Voorbereiding: materialen, kleuren en patroon
- Setup: werkvlak, opspannen en veiligheid
- Stappen in de praktijk: van bladeren tot grote bloem
- Cutwork snijden: strak, veilig en zonder rafels
- Samenstellen en bevestigen: losse bloemen integreren
- Kwaliteitscontrole: gladde randen en vloeiende overgangen
- Resultaat & vervolg: waar je ontwerp tot zijn recht komt
- Probleemoplossing: symptomen, oorzaken en fixes
- Uit de reacties: stof, naald, machine en steken
1 Overzicht: wat je gaat maken en wanneer je cutwork inzet
Cutwork is een techniek waarbij je eerst dicht borduurt en daarna de stof wegknipt binnen of rond de gestikte contouren. Het resultaat is licht en transparant, ideaal voor sierlijke mode-items zoals kurti’s en jurken. In deze handleiding bouw je bladeren op in licht- en donkergroen, borduur je een grote bloem met satijnsteken, snijd je de kern uit voor het cutwork-effect, en voeg je kleine bloemen toe die je later kunt uitknippen en appliceren.
In de video wordt uitsluitend met visuele demonstratie gewerkt: geen gesproken instructies en geen expliciete machine-instellingen. Dat betekent dat je vooral let op steekdichtheid, vloeiende handbewegingen en het rustig opbouwen van lagen. De maker werkt met een free-motion benadering op een machine; in de reacties geeft de maker aan dat het om een industriële machine (Singer 20u) gaat en dat er een naald nummer 12 is gebruikt. Merk en model zijn dus niet zichtbaar in beeld, maar wel genoemd in de reacties.
Cutwork is geschikt wanneer je:
- een lichte, enigszins doorschijnende stof gebruikt;
- duidelijke, gesloten vormen hebt om binnen te snijden;
- een verhoogd, decoratief effect wenst zonder zware versteviging.
Minder geschikt als je stof extreem rafelt of heel los geweven is. Dan heb je extra aandacht nodig voor steekdichtheid en eventueel ondersteuning.
Let op dat je in deze fase nog niets wegknipt: eerst bouw je stevige, gesloten randen met satijnsteken. Het strakke snijwerk komt later.
2 Voorbereiding: materialen, kleuren en patroon
Een goede voorbereiding maakt je steekwerk gelijkmatiger en je snijwerk veiliger.
- Stof: De video toont een lichte, doorschijnende stof. In de reacties meldt de maker polyester of een doorschijnende polyester variant als stofkeuze. Dit helpt het cutwork te laten oplichten en voorkomt zwaar doorzakken.
- Garens: groen (licht en donker) voor bladeren; roze/rood voor grote bloem; blauw voor losse cutwork-bloemen; geel en wit voor kleine accenten. Kies consistente kwaliteit voor egale glans en spanning.
- Gereedschap: free-motion machine, borduurring/hoepel, kleine scherpe schaartjes en een pincet. De pincet is handig om stof tijdens het snijden licht op spanning te houden.
- Patroon: werk met duidelijke, gesloten vormen. Overtekenen of overbrengen op de stof helpt je nauwkeurig te sturen.
Als je inspanhulpmiddelen gebruikt, kan de stabiliteit verbeteren op kwetsbare stoffen; bijvoorbeeld een magnetisch borduurraam geeft sommige borduurders meer controle bij doorzichtige materialen zonder de stof te markeren of te vervormen.
Snelcheck
- Zijn alle kleuren garen klaar en binnen handbereik?
- Is je patroon duidelijk zichtbaar op de stof?
- Ligt de stof vlak en schoon, zonder plooien?

3 Setup: werkvlak, opspannen en veiligheid
Span de stof stevig en vlak op. De video laat een hoepelopstelling zien met voldoende spanning om satijnsteken strak te kunnen leggen. Zorg voor goed licht en een antislipmat onder je hoepel of machinebed.
- Opspannen: de stof moet strak genoeg zijn dat de naald geen plooien trekt, maar niet zo strak dat de vorm vervormt. Test door licht te tikken: het oppervlak mag licht trommelen.
- Naald: in de reacties wordt naalddikte 12 genoemd. Dat is compatibel met veel middellichte garens en stoffen. Controleer bij afwijkende stoffen of je fijner/grover nodig hebt.
- Veiligheid: vingers weg van de naald, tempo beheersen, en altijd stoppen met de naald omlaag voordat je de stof verplaatst.
Sommige borduurders spannen graag sneller en consistenter in met hulpmiddelen; een hoopmaster inspanstation kan dan handig zijn voor herhaalbare positionering, zeker bij meerdere identieke bloemen.
Snelcheck
- Is de stof overal egaal opgespannen?
- Staat je machine stabiel, met voldoende werkruimte voor je handen?
- Heb je scherpe, puntige schaartjes klaar voor later snijwerk?
4 Stappen in de praktijk: van bladeren tot grote bloem
Hieronder vind je een strakke volgorde, gebaseerd op de demonstratie. Volg per stap de steekrichting en dekking, en controleer telkens de randen.
4.1 Bladeren in lichtgroen: basislaag
1) Omtrek en vullen: Start met een bladvorm. Omtrek eerst en vul dan met dichte satijnsteken in lichtgroen. Houd de handbeweging vloeiend en gelijkmatig.

Verwacht resultaat: een volle, zuivere dekking zonder openingen, met vloeiende rondingen. Zie hoe in de video consequent langs de bladcontouren wordt gestuurd.
Let op
- Ongelijke dichtheid geeft een vlekkerig effect.
- Buiten de lijnen stikken vervormt de bladvorm.
Fix
- Pas hand- en machinesnelheid aan voor constante dichtheid.
- Stik dunne plekken nogmaals over met korte overlappende stroken.
Een deel van de borduurders werkt compact en stevig door, zeker wanneer zij gewend zijn aan hulpmiddelen zoals magnetische borduurringen om het werkveld stabiel te houden bij free-motion.
4.2 Donkergroen toevoegen: diepte en schaduw
2) Overlagen met donkerder groen: Leg langs randen en (denkbeeldige) nerven accenten in donkergroen. Gebruik korte, overlappende satijnstroken voor een zachte overgang.
Verwacht resultaat: subtiele gradiënt van licht naar donker, met realistische textuur.
Snelcheck
- Vormen de donkere steken een gegradueerd verloop?
- Overstemt de donkere tint de basis niet?
Pro-tip Werk met een consistente steekrichting per zone. Dat geeft een rustig, textielachtig lichtspel en voorkomt een rommelig aanzicht.
4.3 Grote bloem: roze/rood voor volume
3) Kleurwissel naar roze/rood: Bereid de spools voor.
4) Omtrek en vullen: Omtrek elke petal en vul van buiten naar binnen met dichte satijnsteken. Houd de steken parallel per petal en werk geleidelijk naar het hart toe.
Verwacht resultaat: volle, gelijkmatig glanzende bloembladen zonder zichtbare stof.
Let op
- Gaten in de vulling verraden de ondergrond.
- Wisselende richtingen in één petal ogen rommelig.
Fix
- Werk zichtbaar open gebleven plekken rustig bij.
- Oefen een stabiele handbeweging om de richting constant te houden.
Wie vaak met verschillende stoffen werkt, kiest soms een magnetische borduurring om snel te herpositioneren zonder schroeven; dat kan de doorlooptijd verkorten, vooral bij series.
4.4 Kleine bloemen: geel/wit voor detail
5) Accenten: Borduur met geel de petalen van kleine bloemen, en vul vervolgens de hartjes met wit voor een helder contrast.
Verwacht resultaat: fijn afleesbare kleine bloemetjes die de grotere vormen ondersteunen.
Snelcheck
- Zijn de petalen duidelijk van elkaar te onderscheiden?
- Zijn de witte hartjes rond en compact, zonder rafelige randjes?
5 Cutwork snijden: strak, veilig en zonder rafels
Wanneer de bladeren en bloembladen voldoende dicht zijn, kun je stof binnen de randen wegsnijden. Begin bij de roze bloem met het kerngebied.
5.1 Precisiesnede in de kern van de roze bloem
6) Snijden: Gebruik kleine, scherpe schaartjes en knip langzaam langs de innerlijke contour. Houd met een pincet de stof licht op spanning voor een schone snede.
Verwacht resultaat: een helder, schoon uitgesneden opening, waarbij geen steken zijn geraakt.
Let op
- Als je per ongeluk steken doorknipt, kan het uitrafelen.
- Grillige snedes geven een kartelige rand.
Fix
- Werk traag en met minimale knipjes.
- Controleer regelmatig of je nog precies langs de gestikte rand blijft.
Sommige borduurders vermijden overbelasting van hun stof door tijdens het snijden de hoepel te laten zitten. Anderen halen het werk uit de hoepel om beter te kunnen draaien. Kies wat je controle verbetert en test op een proeflapje.
Als je series maakt of verschillende lapjes voorbereidt, kan een dime snap hoop borduurring handig zijn omdat wisselen en positioneren snel en eenvoudig gaan.
5.2 Kleine blauwe/roze bloemen voorbereiden en uitsnijden
7) Op apart stuk stof borduren: Teken cirkel- en spiraalvormen, omtrek en vul ze dicht met blauw (en later roze).
8) Uitsnijden: Knip de binnenstukken zorgvuldig weg zodat losse cutwork-bloemen ontstaan; hou de randen intact.
Verwacht resultaat: compacte, losse bloemonderdelen met solide, dichte randen die klaar zijn voor montage.
Pro-tip Test je schaartjes op een proefstuk. Een perfect puntig snijvlak voorkomt dat je tegen de steken duwt en daarmee het garen oprekt.
6 Samenstellen en bevestigen: losse bloemen integreren
9) Positioneren: Leg een uitgeknipte blauwe bloem op het hoofdmotief; laat de vorm logisch aansluiten bij je compositie.
10) Bevestigen: Stik rondom de binnenopening met de bijpassende draadkleur zodat de losse bloem onzichtbaar aansluit. Werk met korte, regelmatige steken voor een nette bevestiging.
Verwacht resultaat: de losse bloem ligt stevig vast en oogt één geheel met de basis.
Als je vaak fashionpanelen of kurti-fronts positioneert, kan een mighty hoop uitkomst bieden om snel en recht te plaatsen, vooral op lastig te markeren stoffen.
Snelcheck
- Is de bloem vlak bevestigd, zonder rimpels?
- Vallen bevestigingssteken visueel weg in de bestaande structuur?
7 Kwaliteitscontrole: gladde randen en vloeiende overgangen
Loop het werk systematisch na:
- Randen: zijn alle cutwork-randen schoon en zonder losgetrokken steken?
- Dekking: zie je nergens de ondergrond doorschemeren waar dat niet de bedoeling is?
- Kleurverloop: loopt het donkergroen logisch over in het lichtgroen, zonder abrupte sprongen?
- Bevestiging: zitten de losse bloemen stevig vast, zonder zichtbare haperingen of draadlussen?
Snelcheck
- Wrijf zachtjes langs de randen: blijft alles stevig?
- Houd het werk tegen het licht: zie je spanningstekorten of te open vullingen?
Voor wie werkt met verschillende machines: consistent inspannen helpt enorm. Zelfs als je met een andere hoepel werkt, let op vergelijkbare spanning als bij een borduurring voor brother zodat je steekbeeld voorspelbaar blijft.
8 Resultaat & vervolg: waar je ontwerp tot zijn recht komt
Het eindresultaat is een luchtig, rijk geborduurd paneel, perfect voor kurti’s, jurkpanelen of decoratieve inzetstukken. De combinatie van gesloten satijnvlakken en open cutwork geeft ritme aan het oppervlak. Wil je variëren, dan kun je:
- de volgorde van kleuren wisselen voor andere accenten;
- extra kleine bloemen toevoegen voor meer gelaagdheid;
- de uitgesneden openingen vergroten of verkleinen afhankelijk van de drape van je kledingstuk.
Werk je veel op kwetsbare stoffen, dan helpt een stabiel inspansysteem. Sommige makers kiezen voor magnetische borduurringen voor machineborduren om minder indruksporen te krijgen in delicate stoffen.
9 Probleemoplossing: symptomen, oorzaken en fixes
Symptoom: rafelige snijranden
- Mogelijke oorzaken: te weinig steekdichtheid; botte schaartjes; te snel knippen.
- Oplossing: verhoog de dichtheid in de randzone; gebruik zeer scherpe, puntige schaartjes; knip in kleine stappen.
Symptoom: bladeren ogen vlekkerig
- Mogelijke oorzaken: onregelmatige handbeweging of snelheid; te grote steeklengte.
- Oplossing: oefen gelijkmatige beweging; kortere satijnsteken en overlappende stroken voor homogene dekking.
Symptoom: abrupte kleurwissel in schaduw (donkergroen)
- Mogelijke oorzaken: te brede donkere banen; geen overlap met lichtgroen.
- Oplossing: korte overlappende steken; beperk donkere accenten tot rand en ‘nerven’.
Symptoom: losse bevestiging van de cutwork-bloem
- Mogelijke oorzaken: te lange bevestigingssteken; onvoldoende herhaling.
- Oplossing: rond de binnenopening meerdere keren kort en regelmatig stikken.
Symptoom: steken doorgesneden tijdens cutwork
- Mogelijke oorzaken: kniplijn te dicht op steekrand; te weinig licht of controle.
- Oplossing: werk trager; gebruik pincet voor spanning; knip exact langs de binnenste stofrand, niet in het garen.
Let op In sommige reacties wordt gevraagd naar versteviging (fiselin). De video toont geen expliciet gebruik of instelling hiervan. Wanneer je stof sterk rafelt, overweeg dan een test met een lichte, scheurbare versteviging op proeflapjes en controleer of de randen strak blijven na het uitsnijden.
Wie graag reproduceerbare resultaten wil, gebruikt soms een mighty hoops voor brother pr680w bij seriewerk om plaatsing en spanning constant te houden.
10 Uit de reacties: stof, naald, machine en steken
- Stof: de maker vermeldt polyester of een doorschijnende polyester stof. Dit sluit aan bij het lichte, zwevende karakter van cutwork.
- Naald: de maker noemt naalddikte 12. Dit werkt in de demonstratie met de gebruikte garens; pas zo nodig aan je eigen stof aan.
- Machine: volgens de maker betreft het een industriële machine, Singer 20u. Het model is niet in beeld te zien, maar de free-motion techniek is generiek toepasbaar.
- Steektype: er wordt gevraagd of het ‘running stitch’ of ‘zigzag’ is; de video toont dichte satijnvullingen en gevarieerde dichtheid, zonder aparte specificatie van instellingen. Voor cutwork-randen is een dichte satijnrand standaard.
Pro-tip Werk met testlapjes in exact dezelfde stof en garens als je project. Zo stem je steekdichtheid en snijtechniek af voordat je aan je definitieve paneel begint. Als je veel wisselt of grote panelen verwerkt, kan een magnetische borduurringen voor brother het wisselen versnellen en de spanning consistent houden.
